Een meerderheid van de Tweede Kamer wil de accijnsverhoging op benzine en diesel schrappen die per 1 januari 2024 in zou gaan. Dat blijkt uit een rondgang van RTL Nieuws. Een liter benzine zou volgend jaar 21 cent duurder worden, maar VVD, PVV, SP, BBB, FvD, DENK, Fractie Den Haan, BVNL en JA21 willen daar tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen van deze week een stokje voor steken.

“De vaste lasten lopen enorm op voor al die gezinnen met een normaal inkomen”, zegt fractieleider Sophie Hermans van de VVD. “Dus onze inzet zal zijn deze stijging tegen te gaan.” PVV-leider Geert Wilders noemt de prijzen “totaal onacceptabel” en benadrukt dat mensen de auto “niet alleen voor het plezier gebruiken, maar er ook afhankelijk van zijn.”

Afgelopen juli zomer werd al een deel van de accijnskorting geschrapt die het kabinet had ingesteld na het uitbreken van de oorlog in Oekraïne en per 1 januari zou de rest van de korting op de accijns komen te vervallen. Maar dat ziet het grootste deel van de Kamer in aanloop naar de verkiezingen op 22 november dus niet zitten.

Het kabinet zei vorige maand nog geen geld te hebben om de verhoging ongedaan te maken. Volgens RTL Nieuws is daar in totaal 1,2 miljard euro voor nodig en is er nog geen overeenstemming bereikt over waar dat geld vandaan moet komen.

Hermans laat aan de NOS weten daar een beroep voor te willen doen op het Nationaal Groeifonds, waar geld op de plank ligt dat nog niet is toegewezen aan projecten. Maar dat is alleen voor volgend jaar een oplossing en niet voor de lange termijn. Daar moet volgens de fractievoorzitter van de VVD “een fundamentele discussie” over worden gevoerd door een nieuw kabinet.

Andere partijen zoals GroenLinks-PvdA, D66 en het CDA zeggen andere prioriteiten te hebben dan het terugdraaien van de accijnsverhoging en willen inzetten op een hoger minimumloon, lagere belasting op de energierekening of belastingverlaging voor alle werkenden.

Olieprijzen lopen op en tanken benzine en diesel wordt duurder

Intussen blijft de olieprijs verder stijgen. Voor een vat Brent-olie moest maandag bijna 95 dollar worden betaald, het hoogste niveau in tien maanden tijd. Dat zorgt voor extra druk op de prijzen aan de pomp. Volgens analist Bjarne Schieldrop van SEB zal de olieprijs als er ook maar een klein beetje marktonrust ontstaat makkelijk door de 100 dollar per vat heen kunnen breken.

De prijzen voor de brandstof worden al enige tijd gestut door de productiebeperkingen van Saudi-Arabië en Rusland en staan op het hoogste niveau in bijna tien maanden. Sinds de aankondiging van de productiebeperkingen door de olieproducenten Saudi-Arabië en Rusland in juni zijn de prijzen met ruim 30 procent gestegen.

Ook aan de pomp merken consumenten de hogere olieprijzen in hun portemonnee. Volgens consumentenorganisatie UnitedConsumers staat de adviesprijs voor een liter Euro95 nu op 2,30 euro. In juni vorig jaar bereikte de adviesprijs nog een recordniveau van iets meer dan 2,50 euro.

De adviesprijs voor een liter diesel bedraagt nu 2,10 euro. De adviesprijzen van de grote oliemaatschappijen worden doorgaans alleen langs snelwegen gevraagd, want pomphouders kunnen afwijken. Op andere locaties liggen de brandstofprijzen vaak lager.

LEES OOK: Kwart van ANWB-leden zegt door hoge benzine- en dieselprijzen te moeten bezuinigen: op deze 4 huishoudposten wordt beknibbeld